(Baldagh) bijgenaamd Dar as-Salam (Stad des heils). Hoofdpl. v. het gelijknamig vilajet (142000 □ km., 850.000 inw.), Aziat.
Turkije, Mesopotamië, aan de Tigris, na Damascus en Syrië de dichtst bevolkte stad van Aziat. Turkije; 145000 inw. (arabieren, turken, koerden, armeniers, joden, syriërs en erzen). De straten dezer stad, die door de igris in twee deeleti wordt verdeeld, zijn nauw en slecht geplaveid; voorn, gebouwen: een bouwvallige citadel, het eng. consulaat en het paleis v. d. gouverneur-generaal. B. werd in 762 door Almansor gesticht en bleef de residentie der Abbassiden ; oudtijds was zij de grootste stad van de moh. wereld en de zetel der hoogere beschaving en geleerdheid; in 1233 stichtte kalif Mostansir hier een hoogeschool, die thans een der 30 karavanserijen die B. bezit, uitmaakt. B. werd in 1401 door Tamerlan genomen, in 1534 door de Turken, en nogmaals door dezen, na een merkwaardig beleg, in 1638.
