Gepubliceerd op 19-01-2021

Arminius (cherusken)

betekenis & definitie

Zoon van Segimer, vorst der Cheruskers; hij werd geb. omstr. 17 of 16 v. C.; als jongeling diende hij, gelijk toenmaals onder de Germanen gebruikelijk was, in het romeinsche leger, en ontving van Augustus het romeinsche burgerrecht en het ridderschap.

Omstr. dezen tijd werd Publius Quinctilius Varus door Augustus aan het hoofd der romeinsche legioenen in Germanië geplaatst, een trotsch, ruw, hebzuchtig man, die met de Germanen niet wist om te gaan en hen door het invoeren van romeinsche wetten en allerlei strenge en harde maatregelen zoo zeer verbitterde dat zij tot een uitbarsting dreigden te komen. Arminius zocht met opzet hem 'op dezen weg te doen voortgaan, sloot zich in schijn steeds nauwer aan bij de Romeinen, terwijl hij in ’t geheim zijne landgenooten opruide, hunne opperhoofden ineen verbond tegen de vreemde overheersching vereenigde en door een gewaanden opstand Varus er toe dwong zijn leger te verspreiden. Wel werd het plan door Segestus, vorst der Chatten en vader van Arminius’ gemalin, Thusnelda, aan de Romeinen verraden, doch Varus sloeg er geen geloof aan, trok met zijne beste troepen door woeste, wilde streken tegen de vermeende opstandelingen op en werd in het Teutoburgerwoud, nabij de Lippe, eensklaps door de Germanen overvallen (9 n. C.). Het romeinsche leger verdedigde zich met moed, totdat een storm vergezeld van zware slagregens hen het strijden onmogelijk maakte. Varus den ondergang' van zijn leger vooruitziende, stortte zich in zijn zwaard, het leger werd bijna geheel vernietigd, slechts enkelen ontkwamen.

Augustus en geheel Rome waren als verlamd van schrik; de keizer zou zelfs in de eerste ontsteltenis zijn kleederen hebben verscheurd en zich dagen lang hebben opgesloten, gedurig uitroepende: Varus, Varus, geef mij mijne legioenen weer! De Germanen wisten echter van hunne overwinning geen gebruik te maken. De Romeinen wierven nieuwe legers, en Arminius verdedigde zich tegen hen met moed en geluk, overwon ook het bondgenootschap der Markomannen onder Marbod, in oostelijk Duitschland, hetwelk de vrijheid der Germanen niet minder bedreigde, dan de Romeinen, doch toen hij later verdacht werd, naar de heerschappij te streven, werd hij in den ouderdom van 37 jaren, door sluipmoord omgebracht. Toch vereerden zijne landgenooten het aandenken huns bevrijders tot in de laatste tijden.

< >