of Alcidae. Vogelfamilie van de Orde der Zwemvogels, Natatores, omvattende 7 geslachten en 28 soorten, die allen de koude zeeën van het noordelijk halfrond bewonen; de vleugels zijn kort en tot vliegen slecht geschikt, de borst is met witte, de rug met zwarte veeren bezet, de snavel wijzigt zich bij de onderscheidene geslachten zeer; de wijfjes leggen een naar verhouding harer grootte tamelijk omvangijk ei, meestal in rotsspleten, of met den bek in den grond gewroete kuiltjes; de jongen zijn eerst tot zwemmen en zelf-voedsel-zoeken instaat, als zij het geheele vederbekleedsei hebben bekomen.
De Alken zwemmen vlug en zijn inzonderheid goede duikers; zij leven van visschen en andere waterbewoners, die zij soms tot op groote diepte vervolgen; op het land hebben zij een loggen, waggelden gang; het liefst houden zij zich op aan steile, rotsachtige stranden, waar zij dikwijls in onafzienbare rijen, hun onwelluidende kreten uitstootend, neerzitten, zich bij een of ander gevaar plotseling latende vallen; eenmaal in het water duiken zij onder en zijn als verdwenen. In gevangen toestand sterven zij spoedig. Hun vederen en eieren zijn zeer gezocht; door de bewoners van het noorden wordt hun vleesch soms gegeten, hoewel dit taai en tranig is.De typische geslachten dezer vogelfamilie zijn de eigenlijke alken, Alca L. en de papegaai duikers Mormon III. ; andere geslachten zijn: Mergulus Ray, Uria Briss., Phaleris Temm. en Ceratoryncha Bonap.
