1. een godsdienstige secte in de 2de eeuw, in Noord-Afrika, welke den staat van Adam vóór den zondeval trachtte te herwinnen, iedere begeerte der zinnen doodende: zfl verwierpen het huwelijk en droegen bij hunne onderlinge samenkomsten geen kleeding: hun leerstuk dat, de eerste onschuld eenmaal terug erlangd zflnde, het vermogen om onderscheid te maken tusschen goed en kwaad, opgeheven was, leidde hen tot de grootste ongebondenheid. In de 16de eeuw in Amsterdam een secte der Wederdoopers.
2. een dweepzieke secte, die zich in de 15de en 16de eeuw over geheel Bohemen en Moravië verspreidde; volgens sommigen werd deze secte door zekeren Picard omstr. 1400 gesticht. Na zijn dood verbreidden zijn volgelingen zich onder verschillende leiders over Bohemen; toen in 1849 het Oostenrijksch gouvernement vrijheid van godsdienst proclameerde, deden zich nog Adamieten op en trachtten proselieten te maken; hun leer was een mengsel van communisme, quietisme en vrfldenken; zij bestreden het priesterschap en verdedigden de communiteit der vrouw.