Gepubliceerd op 24-02-2020

Zwam

betekenis & definitie

Het begrip zwam heeft 2 verschillende betekenissen:

1. zwam - ZWAM - 1. ZWAM, v. (-men), (plantk.) de zwammen (fungi) zijn sporeplanten zonder bladgroenhoudende cellen; de meeste rieken duf, zij ademen koolzuur uit: men kan de zwammen verdeelen in stof zwammen, draadzwammen, buikzwammen, kernzwammen, schijfzwammen en hoedzwammen; vele zijn vergiftig;
— uitwas aan boomen;
— uitwas aan de voorpooten der paarden.

2. zwam - ZWAM, o. toebereid zwam als middel om vuur te vatten, tonder. ZWAMMETJE, o. (-s), een stukje zwam.