Gepubliceerd op 06-12-2018

VLUCHTIG

betekenis & definitie

VLUCHTIG - bn. bw. (-er, -st), (scheik.) spel vervliegend; vluchtige oliën;

geestrijk, tot een gas vervormd : vluchtig zout;
— een vluchtige blik, voorbijgaand ;
haastig, zonder zorg : eene vluchtige schets, teekening; iets vluchtig behandelen, bespreken;
— oppervlakkig : een vluchtigen indruk krijgen. VLUCHTIGHEID, v. (scheik.) gasachtige hoedanigheid; (fig.) het vluchtige, voorbijgaande ; iets dat van korten duur is.