Gepubliceerd op 24-02-2020

Streng

betekenis & definitie

Het begrip streng heeft 2 verschillende betekenissen:

1. streng - streng - bn bw. (-er, -st), hard, stevig, gestreng : stenge koude; een strenge winter; het vriest streng;
stipt, niet toegevend, niet zachtzinnig : streng letten op iem.; streng in ’t oog houden; een streng leven; strenge straffen;
— (spr.) strenge heeren regeeren niet lang, zie HEER ;
— (muz.) (van eene fuga, van de toonzetting, van den stijl enz.) aan de algemeen aangenomen regels en voorschriften dienaangaande beantwoordende.

2. streng - streng - v. (-en), een der dunne koordjes, waaruit een touw is samengesteld;
— (spr.) de derde streng maakt den kabel, de derde man brengt de praat aan ;
— gevlochten koord ;
— riem, reep; leireep ; de streng van een rijtuig, waaraan de paarden vast zijn ;
— ieder trekt aan zijne streng, ieder verdedigt (handhaaft) zijn begrip ;
— (fig.) hij houdt sterk aan zijne streng (meening, gevoelen) vast, hij geeft niet toe; (w. g.) partij, aanhang ;
— eene streng garen, zijde, zeker aantal draden garen, zijde enz., te zamen gedraaid of gewonden. STRENGETJE, o. (-s). .