STATION - o. (-s), standplaats, pleisterplaats ;
— streek, aan een of meer oorlogsschepen aangewezen, waar zij belast zijn, voor de veiligheid der koopvaardijschepen hunner natie te waken of de onderdanen dier natie te beschermen;
— plaats van aankomst en vertrek, inz. der spoortreinen;
— aanlegplaats ;
— stationsgebouw ;
— station voor electr. stroomlevering, elcctrische centrale. STATIONNETJE, o. (-s).