(ontvlood, is ontvloden), ontvluchten, ontwijken : laat mij uw lijdenspad betreden, mij, die 't zoo lang ontvlood;
— door te vlieden ontkomen : in haren angst had zij gemeend hem te zullen ontvlieden door eene zijstraat in te slaan;
— het gevaar, de verleiding ontvlieden. ONTVLIEDING, v. het ontvlieden.