KOON, v. (-en), wang: een kind met blozende koonen;
— (bij visschers) de kieuwen van een visch. KOONTJE, o. (-s), wangetje.
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: