WANG - v. (-en), koon, deel van het aangezicht: zachte, fluweelen wangen; tranen biggelden over hare wangen;
— (zeew.) zijstuk, klamp (tegen een mast om dien te stutten);
— (gew.) dam, dijk. WANGETJE, o. (-s).
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: