HOUTKEVER, m. (-s), (nat. hist.) kleine kever, wiens larve (de houtworm) gaatjes in meubelen enz. boort (anobium striatum en pertinax);
...KNECHT, m. (-s), zeker werktuig van den schrijnwerker;
...KOOPDAG, m. ( en),
...KOOPER, m. (-s), iem. die handel drijft in hout, die’ gezaagd en ongezaagd hout koopt en verkoopt
...KOOPERIJ, v.; ..
KOT, o. (Zuidn.) kot, overdekt plaatsje waar men hout bergt;
...KRAAMPJE, o. (-s), zeker kinderspeelgoed, eene kraam waarin allerlei withouten voorwerpen te koop hangen;
...KRAM, v. (-men), (timm.) zware kram die bij het drijven en vastspijkeren van vloerdelen m den balk geslagen wordt, waarna men wiggen slaat tusschen kram en delen;
...KWAST, m. (-en), (schild.) kwast bij het houten gebruikt;
...LAAG, v. (...lagen), laag van houtcellen; (Zuidn.) afgekapte takken tot mutsaards gebonden;
...LADER, m. (-s), iem. die hout vervoert; (ook) het vaartuig waarmede dit geschiedt;
...LAND, o. streek waar veel hout groeit; inz. als benaming van het boschrijke deel van Vlaanderen;
...LEEUWERIK, m. (-en), (Zuidn.) boomleeuwerik;
...LIJM, v. kit voor houten voorwerpen;
...LOODS, v. (-en) open pakhuis voor hout;
...LUCHT, v. reuk van hout, inz. van nieuw of brandend hout: wat is hier eene houtlucht;
...LUIS, v. (...luizen), zeker insect (atropos pulsatorius), dat om zijn getik ook doodskloppertje heet;
— (gew.) scheldnaam voor houtkooper;
— (Ind.) witte mier, termiet.