GEBLADERTE, o. eene menigte bladeren; (fig.) een aantal bladvormige versierselen aan kolommen, zuilen enz. aangebracht, loofwerk: kapiteelen, met luchtig gebladerte bekroond;
— de gezamenlijke bladeren van eene of meer planten, inz. van boomen, het loof of loover: het windeken ritselde door 't gebladerte;
—(bij uitbr.) het geboomte, dat in blad staat.