Het begrip gaal heeft 3 verschillende betekenissen:
1. gaal - GAAL, v. (galen), (weverij) kale streep of open stee in laken, zijde of andere geweven stoffen, ontstaan doordat bij het weven een te groot aantal draden tusschen de stiften van het weefblad ingestoken zijn, waardoor hier eene opeenhooping van draden, en daarnaast eene kale streep wordt gevormd: rietstreep;
— (van breiwerk) dunne stee in gebreide voorwerpen, veroorzaakt hetzij door dunte van katoen of wol, hetzij door te los breien of wel ontstaan door het vallen van steken: door afbreien worden ga en voorkomen;
— (gew.) de hoeveelheid vischwant tusschen twee dobbers (van zegens en schakels).
2. gaal - GAAL, v. (gew.) heete gaal, een heestergewas, tot het geslacht ononis (stalkruid) en de familie der vlinderbloemigen behoorende, gewoonlijk kattendoorn (ononis spinosa) geheeten en algemeen aan wegen en dijken en in de duinen voorkomende.
3. gaal - GAAL, bn. (gew.) ruw, onstuimig: er is gaal weer op til; het water is gaal: wij krijgen storm;
— daar is zeker wat op gaal, wat op til, te verwachten.
