DICHTHEID, v. het dicht zijn, gesloten zijn; zucht tot geheimhouding geslotenheid van karakter;
— (nat.) soortelijk gewicht: de dichtheid der dampkringslucht bepalen;
— (aardr.) dichtheid van bevolking, betrekking tusschen het aantal inwoners en de oppervlakte eener streek, betrekkelijke bevolking.