Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

Synagoge

betekenis & definitie

(<Gr.-Lat.), v. (-n),

1. godsdienstige bijeenkomst of kerkelijke gemeente der Joden: uit de synagoge geworpen worden, uit de gemeenschap gestoten worden; — grote synagoge, een uit 26 wetgeleerden bestaande vergadering, die door Ezra werd ingesteld voor het algemene opzicht over de getrouwe nakoming van de godsdienstgebruiken;
2. Israëlietische kerk.