Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Gepubliceerd op 01-01-2021

SPAKERIG

betekenis & definitie

bn.,

1. uitgedroogd, dor, inz. tot splijtens toe : spakerig stro ; dat hout is spakerig ; een spakerige keel; de huid is droog en spakerig;
2. (van de lucht en de atmosfeer) dampig, wazig; — (Zuidn.) spakerig weer, heet of vriezend weer, dat vele dingen dor en broos maakt.

< >