m. (-s),
1. scheidsman, lid van een scheidsgerecht, arbiter: zich bij een geschil op scheidsrechters beroepen; die zaak werd door scheidsrechters beslist: — (oneig.) laat uw vader scheidsrechter zijn, beslissen, het geschil uitmaken;
2. (sport) iem. wie bij een strijd van ploegen het toezicht op de naleving der spelregels is opgedragen en het constateren van overtredingen.