KANAS'TER, KANAS'SER (<Sp.),
1. m. (-s), kist of korf van vlechtwerk voor verzending van tropische producten; inz. mand van grof rottingriet voor suiker ; of: korf van (Spaans) riet waarin varinastabak wordt verzonden ;
vand. 2. (v.) varinastabak in bladen ; fijnste soort van rooktabak ; — (iron.) slechte tabak; — (spr.) dat is andere tabak dan knaster, dat is iets beters.