v. (-s, ...liën),
1. leuning, balustrade, hekwerk langs een brug, een trap ; — (Zuidn.) a sluiting langs het water en de watertrappen; — balustrade die tot afsluiting van een gedeelte ener zaal dient, inz. in bestuurs- en gerechtslokalen; — (bij overdr.) hij moet voor de balie komen, voor de rechters verschijnen (omdat deze achter de balustrade zitten); oneig.: hij wordt door zijn superieuren ter verantwoording geroepen; — (gew.) zwichtstelling van een windmolen;
2. (bij overdr. van de bet. „hekje waarbinnen de pleiters zitten”) de advocaten, de advocatenstand : een lid van de balie, een advocaat; hij is bestemd voor de balie, voor advocaat.