Synoniemen zoeken
Synoniem van wagen
Synoniem van 'n ander trefwoord

Synoniemen Handboek
Jef Anthierens (1998)
Wagen
Gezegde(s):
• het hart hebben
• sloot noch greppel ontzien
• op het spel zetten
• zich aanmatigen
• onder de ogen zien
• het hoofd bieden aan
• zich verstouten
• zich verkloeken
• zich vermannen
• zich vermeten
• weerwerk geven
• zijn nek uitsteken
• de kat de bel aanbinden
• alles op een kaart zetten
• een gooi doen
• de stoute schoenen aantrekken
• in het geding laten komen
• zijn hand overspelen
• geen been in iets zien
• geen graten in iets vinden
• zijn hachje wagen
• tegen twaalf ogen dobbelen
• de koe bij de horens nemen
• zijn laatste troef uitspelen
• de kastanjes uit het vuur halen
• de lont in het kruit werpen
• ernaar slaan als een blinde naar een ei

Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Wagen
Wagen geeft te kennen, dat de uitslag van hetgeen men onderneemt onzeker of aan gevaar onder¬hevig is; durven dat men den moed, zich verstouten, zich onderwinden, onderstaan, dat men de stoutmoedigheid, de onversaagdheid bezit, die voor eene moeilijke of gevaarlijke handeling of eene onderneming noodig is; durven is meer het gevolg van eene blijvende eigenschap, zich verstouten enz. van eene oogenblikkelijke opwelling van stoutmoedigheid, zich vermeten wordt gezegd van het durven eener daad, wanneer de bedrijver wegens te hoog schatten zijner krachten of te min achten van hetgeen hij onder¬neemt gevaar loopt zijn ondernemen te zien mislukken; er ligt eene lichte afkeuring in opgesloten. Met onderstaan of zich onderwinden is het bij¬denkbeeld verbonden, dat men reeds tot de uitvoering is overgegaan. Onder¬staan heeft dikwijls eene minder gunstige beteekenis, dewijl het veel gebruikt wordt voor iets durven ondernemen, dat om de eene of andere reden beter ware niet ondernomen te worden. Ik waag het om hulp bij u aan te kloppen. Ik durfde hem niet goed onder de oogen komen. Ik verstoutte mij hem de volle waarheid te zeggen. Koning Agesilaus van Sparta onderstond (onder¬wond zich) het groote Perzische rijk in het hart aan te tasten.

Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
wagen
wagen - regelmatig werkwoord, zelfstandig naamwoord
uitspraak: wa-gen
1. je niet door angst of onzekerheid laten tegenhouden
♢ hij waagde het toch naar huis te rijden met die gladheid
1. een kansje wagen
[iets proberen]
2. waag het niet om ...!
[doe het niet]
3. wie niet waagt die niet wint
[wie iets wil bereiken, moet een risico nemen]
1. vervoermiddel dat bestaat uit een kar of bak met vier wielen
♢ de baby ligt in de kinderwagen
1. ze komen met de wagen
[met de auto]
Algemene uitdrukkingen:
1. ik waag het erop
[ik doe een poging]
2. je leven wagen
[je leven op het spel zetten]
Regelmatig werkwoord: wa-gen
ik waag
jij/u waagt
hij/zij waagt
wij/zij/jullie wagen
ik/jij/u/hij/zij waagde
wij/zij/jullie waagden
hij heeft gewaagd
de/het/een gewaagde ....
wagend, wagende
Zelfstandig naamwoord: wa-gen
de wagen
de wagens
het wagentje
Synoniemen
aandurven, durven
Tegenstellingen
aarzelen, twijfelen, weifelen