Synoniemen zoeken
Synoniem van geven
Synoniem van 'n ander trefwoord
Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
geven
geven - er de oorzaak van zijn dat iemand iets krijgt. Het onderwerp kan een persoon of een zaak zijn. Verlenen heeft in deze betekenis altijd een persoon als onderwerp: 'medewerking verlenen', 'een subsidie verlenen'. Leveren heeft vaak een zaak als onderwerp: 'het voorval leverde veel gespreksstof'. Je geeft iemand iets in handen door het hem te overhandigen (zie aldaar). Het lijdend voorwerp van verstrekken (zie aldaar) kan bestaan uit inlichtingen, geld. Geneesmiddelen en dergelijke dient men toe; door de mond geeft men ze in. Een lijdend voorwerp is bij toestoppen of toeschuiven verplicht: iemand heimelijk iets, bijvoorbeeld geld of eten, geven. De leiding van iets wordt aan een opvolger overgedragen, overgegeven of gedelegeerd. Men staat iets af op grond van wettelijke of morele verplichtingen; het lijdend voorwerp is geld, eigendom, bezittingen. Iets afstaan voor een gemeenschappelijk doel heet bijdragen. Er is van generlei directe tegenprestatie sprake bij schenken, ten geschenke geven of begiftigen met (beide formele stijl), cadeau doen, cadeau geven, vereren met, bedenken met en geven (in engere zin). Aan een god, maar ook aan het vaderland, offert men. Het lot of de fortuin bedeelt iemand met goederen, talenten en dergelijke. Wanneer men een deel uit een groter geheel schenkt, gebruik je toebedelen. Het doel van (iets) in bewaring geven (zie aldaar) is dat de ontvanger het tijdelijk bewaart.
Zie: aanreiken; legateren; leveren; toekomen, (iemand iets) laten -; verkopen; voorzien van.
Synoniemen Handboek
Jef Anthierens (1998)
Geven
Gezegde(s):
• aan iets helpen
• laten geworden
• aan de hand doen
• ter hand stellen
• uit zijn mouw schudden
Synoniemen Handboek Spreekwoorden
Gedigitaliseerd Ensie (1998)
Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Geven
Geven is de algemeene uitdrukking. Aanbieden is op zeer beleefde wijze iemand iets geven, zoodat het aaunemen van hetgeen gegeven of geschonken wordt, vereerend is voor den gever. Schenken heeft de bijgedachte van iemand te vereeren of iemand genoegen te doen door hem iets te geven. Vandaar: iemand zijn vertrouwen schenken; een arme eene boterham geven; iemand het leven schenken. Vereeren is met een geschenk eer aandoen. Verleenen, eigenl. ter leen geven, geeft te kennen, dat hetgeen men geeft iets goeds is, dat uit gunst gegeven wordt. Hulp en bijstand verleenen.
Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
geven
geven - onregelmatig werkwoord
uitspraak: ge-ven
1. aanreiken, in zijn handen plaatsen
♢ geef mij die schaal eens
1. dat is te geef!
[spotgoedkoop]
2. aan iemand overhandigen die het mag houden
♢ hij gaf mij een doos bonbons toen ik jarig was
3. zorgen dat het iets oplevert
♢ die kinderen geven veel overlast
1. dat geeft niets!
[dat is niet erg]
4. van iets of iemand houden
♢ ik geef niet om vis
5. een vak onderwijzen
♢ Janneke geeft Nederlands
Algemene uitdrukkingen:
1. de dokter gaf mij het advies minder te roken
[hij adviseert het mij]
2. hij geeft gas
[drukt op het gaspedaal van de auto]
3. zij geeft te kennen dat ze weg wil
[ze zegt het]
4. ik geef hem een teken dat hij moet stoppen
[ik maak een gebaar]
5. jij moet het goede voorbeeld geven
[jij moet je goed gedragen]
6. ik heb hem zijn zin gegeven
[hij mocht doen wat hij wilde doen]
7. mag ik u het woord geven?
[wilt u nu iets zeggen?]
Onregelmatig werkwoord: ge-ven
ik geef
jij/u geeft
hij/zij geeft
wij/zij/jullie geven
ik/jij/u/hij/zij gaf
wij/zij/jullie gaven
hij heeft gegeven
de/het/een gegeven ....
gevend, gevende
Synoniemen
afstaan, doneren, schenken, toereiken, verstrekken, weggeven
Tegenstellingen
afnemen, afpakken, binnenkrijgen, incasseren, krijgen, ontnemen, ontvangen, verkrijgen