Synoniemen zoeken
Synoniem van stoornis
Synoniem van 'n ander trefwoord

Groot Synoniemenwoordenboek
P.G.J. van Sterkenburg (1991)
stoornis
stoornis - het gestoord zijn van een proces, een lichaamsfunctie, een psychische functie en dergelijke. Ook: storing. In geval van een verstoring is er iets mis met de openbare orde, met iemands geestelijk evenwicht of met de goede betrekkingen tussen mensen. Een ziekte is een verstoring waardoor het lichaam niet goed functioneert. Een dysfunctie heeft betrekking op biologische of maatschappelijke organen. Schokkende ervaringen kunnen leiden tot een trauma. Een psychose is een stoornis van de psychische functies en/of het gedrag; de persoon in kwestie neemt de in- of uitwendige werkelijkheid niet voldoende waar of kent de samenhang niet. De oorzaak van een angstpsychose is angst. Wie aan asymbolie lijdt, kan bij een bepaalde zintuiglijke indruk niet de bijbehorende voorstelling in de hersenen vormen, of kan zich geen begrip vormen van bepaalde handelingen, zodat hij die niet kan uitvoeren. In het eerste geval gaat het om een agnosie (zie aldaar), in het tweede geval om een apraxie; bij een agrafie kan men zich niet in schrift uitdrukken. Stoornissen in het gebied van de spraakorganen heten spraakstoornissen. Drie vormen daarvan zijn: afonie, waarbij de spraakorganen geen enkel geluid kunnen voortbrengen; heesheid of (geneeskundige term) dysfonie, waarbij men goed articuleert, maar de stem onzuiver is; en dysartrie of dyslabie, waarbij men soms gebrekkig of helemaal niet articuleert. Een beroerte is een stoornis in het functioneren van de hersenen, doordat de normale bloedstroom naar een deel ervan is afgesloten; synoniemen: attaque, begaving (informeel) en apoplexie en cerebrovasculair accident (beide laatste zijn medische termen). Verstopping van een bloedvat leidt tot een stille beroerte of, in artsentaai, thrombosis cerebri. Een hersenbloeding (medisch: apoplexia cerebri) ontstaat door scheuring van een bloedvat.

Handwoordenboek synoniemen
J.V. Hendriks (1898)
Stoornis
Een voorval of eene bezigheid, waardoor iemand van iets afgetrokken wordt. Bij afleiding wordt de gedachte bij iets anders, dan bij het werk, waaraan men bezig is, bepaald. Stoornis duidt iets aan, dat iemand de geregelde voortzetting van een werk verhindert. Een opstel onder veel afleiding vervaardigd. Hij ondervond veel stoornis bij zijn werk, zoodat het tot zijn leedwezen niet op den bepaalden tijd klaar kon komen.

Muiswerk Educatief
Muiswerk Educatief (2017)
stoornis
stoornis - zelfstandig naamwoord
uitspraak: stoor-nis
1. iets wat stoort of gestoord is
♢ er is een stoornis geweest in de communicatie
1. een spraakstoornis
[niet goed kunnen praten]
2. iets wat afwijkt van het normale
♢ agressief gedrag is een stoornis
1. een spraakstoornis
[niet goed kunnen praten]
Zelfstandig naamwoord: stoor-nis
de stoornis
de stoornissen
het stoornisje
Synoniemen
afwijking