Gepubliceerd op 21-06-2017

Naam

betekenis & definitie

1. mijn - is haas(met de verzwegen toevoegingen ik weet van niets/ik woon in het bos).Deze zegswijze is ontleend aan het Duits (Mein

Name istHase, ich weifivon nichts)en wordt gebruikt als antwoord op een vraag die men liever niet beantwoordt. Verwijst naar een voorval te Heidelberg in 1854 -1855, waarbij een student in de rechten, Victor von Hase, een medestudent, die in een duel iemand had doodgeschoten, wilde helpen. Hij zou zijn studentenlegitimatiekaart aan de vluchteling gegeven hebben, opdat die veilig over de grens kon komen. De vluchteling verloor echter de kaart, waarna ze gevonden werd en naar het universiteitsbureau gezonden. De zaak werd onderzocht en toen men de jonge jurist om een verklaring verzocht, was zijn antwoord: ‘Mijn naam is Hase, ik weet van niets!’ Een Engelse gelijkaardige uitdr., my name is Twyford,werd evenwel al in 1694 gebruikt door een zekere Peter Motteux in zijn aanvulling op een vertaling van Rabelais. De Josiah Twyford, waarvan sprake, zou geleefd hebben van 1640 tot 1729. Tijdens zijn leven zou hem de vervaardiging van glaceersel zijn bijgebracht. De fabricagewijze was echter geheim, zodat hij voortdurend stomheid moest voorwenden.

Zij merkte niets en ik zei niets. Want mijn naam is Haas. (Jos Brink: Zitten op de grond, 1980)

... als jou vragen worden gesteld zegje, Mijn naam is Haas. (Jan de Hartog: De Commodore, 1987)

‘Zijn er contacten geweest met PSV of Ajax?’, wordt Vonk later op de persconferentie gevraagd. ‘Neen, mijn naam is haas’, antwoordt de trainer. (De Volkskrant, 18/01/92)

2. - hebben,voor homo aangezien worden. Bargoense uitdr. Jaren vijftig? Niet bij Joustra, wel passim in het werk van Haring Arie, een Amsterdamse penozefiguur uit de jaren vijftig. In de jeugdtaal bet. een naam‘een slechte reputatie’.