Gepubliceerd op 21-06-2017

Gram

betekenis & definitie

zijn - halen

zijn woede koelen; in staat zijn om wraak te nemen; bij iemand genoegdoening krijgen, bijv. na een teleurstelling.

Het gramin deze uitdr. komt van grant‘genoegdoening, wraak’; dit woord is nog terug te vinden in garant‘garantie; zich garant stellen; instaan voor’. De eigenlijke bet. van garant is ‘voldoende hoeveelheid’. Van Dale (1992) geeft aan zijn garant komen‘genoeg krijgen, (ook) krijgen wat iem. toekomt’. Verouderde vormen van gram/grantzij n granjeof cran- tum‘voldoening, waarborg’; een oude Bargoense uitdr. is ’t is degranje‘’t is te geef’.

... dat schorem dat hun gram moet halen, omdat ze thuis niet aan de bak komen. (Jan Cremer: De Hunnen, 1984)

En haalt Van Tiggelen eindelijk zijn gram door sectie-voorzitter Van Rooijen uit het vliegtuig naar Porto te zetten? (De Volkskrant, 13/10/90) Voor het eerst zullen katholieken en joden ongehinderd op elkaar kunnen rammen en zullen de baasjes en bazinnen van getrimde poedels en consorten hun gram kunnen halen bij de penose met de pitbulls. (Gregor Frenkel Frank: Patsers en pro- lurken, 1991)

Nee, ik wil winnen omdat ik dan pas mijn gram op die klootzakken heb gehaald. (Nieuwe Revu, 13/06/91)