Zweer - een etterend defect van oppervlakkige deelen met neiging tot uitbreiding. De oorzaak is, zooals vanzelve spreekt, een infectie. De bacteriën trekken plaatselijk witte bloedlichaampjes tot zich; deze hoopen zich sterk op ; er komt weefselverval en de z. is ontstaan. Bij een eenvoudige z., zooals b.v. na een verwonding, wordt de oppervlakte boven de z. wit, breekt dan door, de etter kan zich ontlasten, de wondbodem reinigt zich en de wond geneest.
Dat niet alle zweren even eenvoudig verloopen, komt daardoor, dat de oorzakelijke infectie zoo verschillend kan zijn. Slechts zij herinnerd aan tuberculeuze en aan syphilitische zweren. Ook de behandeling staat natuurlijk met de oorzaak in een eng verband. Daarvoor zijn dus geen algemeene regels te geven.