Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Vitringa (campegius)

betekenis & definitie

Vitringa (campegius) - 1) Senior, 1659—1722, geb. te Leeuwarden, stud. te Franeker en Leiden, 1681 prof. in de Oostersche talen te Franeker, 1683 ook in de theologie, Coccejaan, beroemd om zijn uitvoerige commentaar op Jesaja.

2) Junior, 1693—1723, studeerde te Franeker, Leiden en Utrecht, 1716 hoogleeraar in de theol. te Franeker, geest- en studieverwant van zijn vader, door een korte hevige ziekte reeds in 1723 weggerukt. Zijn weduwe huwde met H. Venema.

< >