Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-01-2019

Stormvogels

betekenis & definitie

Stormvogels - Procellariidae, een familie der Langvleugeligen, kenbaar aan de eigenaardige plaats der neusgaten, die aan het einde van twee buizen op den bovenkant van den snavel liggen (v.d. ook buisneuzen genaamd). Snavel zwaar en met scherpe randen; drie teenen, de achterteen ontbreekt; staart kort; vleugels zeer lang en smal ; uitnemende vliegers. Komen voor op alle zeeën der aarde, vooral in warme streken ; komen slechts aan land om te broeden, voeden zich met zeedieren.

Zij zoeken bij stormweer gaarne de nabijheid van schepen op, v.d. de naam. In ons land komen bij hevige Westerstormen wel eens exemplaren aan de kust voor. De meest bekende is de Albatros.

< >