Sinding - 1) Christian, Noorsch componist, geb. te Kongsberg 1856. Na een studietijd aan ’t conservatorium te Leipzig, vestigde S. zich te Christiania, verwierf een stipendium van de regeering, dat hem in staat stelde nog meer te gaan studeeren (Berlijn, Dresden, München). S. wordt door zijn landgenooten beschouwd als de voornaamste componist na Grieg; de regeering toonde haar waardeering door hem levenslang een jaargeld toe te kennen. Onder zijn talrijke werken, op allerlei gebied, een groote symphonie, een concert voor piano en een kwintet.
2) Stefan, Noorsch beeldhouwer, geb. 1846 te Trondhjem, overleden 1922 te Parijs. Opleiding: te Christiania en Berlijn (Albert Wolff). Dan naar Weenen en Parijs en na korten terugkeer in 1877, voor 6 jaar naar Rome. Zijn kunst bezit sterk Noorsch karakter: Barbarenvrouw (1882), Barbarenmoeder (1884). Hij vestigde zich te Kopenhagen.
Al zijn groote werken aldaar in de „Ny Carlsberg Glyptotek”, o. a. De Twee Menschen (1889 en 1891), De Weduwe, De Oudste van ’t Geslacht (in hout), Beelden van Björnson en Ibsen, volt.: 1898 en 1899, voor ’t Nat. Theater in Christiania en de Musicus Ole Buil te Bergen. Verder o. a.: Moeder Aarde (1900) en de Walkyre (1908, in brons). Litt.: W. Rapsilber, S. S. (Marquardt & Co., Berlijn).
