Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Rechtswetenschap

betekenis & definitie

Rechtswetenschap. - Deze kan zich bezighouden met de wijsgeerige grondslagen van het recht (rechtsphilosophie), met de geschiedenis van het recht, met de vergelijking van het recht in verschillende landen, met het tegenwoordige recht (jus constitutum) en met het recht, dat men het meest volmaakte en dus aanbevelenswaardig acht (jus constitutum). — De rechtswetenschap wordt aan onze universiteiten onderwezen in de faculteit der rechtsgeleerdheid. Door de juridische faculteit konden tot 1921 3 doctoraten worden verleend, n.l. in de rechtswetenschap, in de staatswetenschap en in het hedendaagsch Rom.-Holl. recht (art. 130 H. O.-wet). Het laatstgen. doctoraat was voornamelijk ingesteld ten behoeve van Z.-Afrikaansche studenten. Bij de wet van 1 Mrt. 1920, Stb. 105, tot wijziging van de H. O.-wet, is alleen eerstgenoemd doctoraat gehandhaafd. — Volgens het z.g.n. Academisch Statuut, in verband met art. 131 H. 0.wet, zooals dat is gewijzigd bij de wet van 11 Juni 1921, Stb. 782, opnieuw vastgesteld bij K. B.van 16 Juni 1921, Stb. 800, kan het doctoraat in de rechtsgeleerdheid worden verkregen A. door studie van het Nederl. recht, B. door studie van het Z.-Afrikaansche recht, C. door vrije studierichting.

Terwijl voorheen, doctoren in de rechtsgeleerdheid veelal als Meester in de rechten werden aangeduid, worden volgens het nieuwe Ac. Statuut in verband met voorn. wijz. van art. 131 H. O.-wet de hoedanigheid van Meester in de rechten thans ontleend aan het doctoraal examen bij studie van het Nederl. recht. Zie voor de bevoegdheden, aan deze hoedanigheid verbonden art. 141 H. O.-wet en K. B. van 18 Oct. 1921, Stb. 1134. _