Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 12-01-2019

Natriumchloride

betekenis & definitie

Natriumchloride, - chloornatrium, keukenzout, steenzout, ook wel kortweg zout genoemd, NaCl. Het komt in de natuur voor als het mineraal haliet, hoofdbestanddeel van het steenzout.

Het is in zuiveren toestand een kleurlooze stof, die in het regulaire stelsel in cuben kristalliseert, welke vaak tot trapvormige pyramiden zijn vereenigd. Het smelt bij 805° en is bij die temperatuur al tamelijk vluchtig. De dichtheid bedraagt bij kamertemperatuur 2,05-2,24, de brekingsexponent voor licht van de D-lijn bij 18° 1,54414. De oplosbaarheid in water varieert weinig met de temperatuur n.l. van 35.63° bij 0° tot 39.65 Gr. bij 107.7° per 100 Gr. water. Van deze eigenschap maakt men bij het afscheiden van n. uit zoutmengsels gebruik. Alleen bij lage temperatuur kent men een dihydraat.

Het kryohydraat, waarbij dihydraat en ijs met de verzadigde oplossing in evenwicht zijn, ligt bij -21.°2. Dit is dus ook de laagste temperatuur, die men kan verkrijgen met het koudmakende mengsel ijs (resp. sneeuw) en zout. De samenstelling van het kryohydraat wordt ongeveer aangegeven door NaCl 10H2O. Daar waar het delven van het vaste zout bezwaren oplevert, b.v. door groote diepte der laag, zooals in ons land, pompt men water in, dat, nadat het met zout is verzadigd, weer wordt opgepompt. Ook in een aantal natuurlijke bronnen heeft een dergelijk proces plaats, De verkregen zoutoplossingen worden zoo noodig gefiltreerd of gekleurd en geconcentreerd, waarvoor gradeerwerken of indampinrichtingen worden gebruikt en eindelijk wordt het zout door kristallisatie gewonnen. Verder wordt zout uit zeewater gewonnen waarbij de concentratie in warme droge streken, o. a. de kusten van de Middellandsche Zee, door natuurlijke verdamping (zouttuinen, salinen), in koude streken, o. a. in N.-Rusland en Siberië door uitvriezen van het water, in de gematigde luchtstreek door verwarming geschiedt, waarbij in het laatste geval de geconcentreerde vloeistof meestal dient om daaruit steenzout om te kristalliseeren. — N. dient als grondstof voor verreweg de meeste chloor- en natriumverbindingen en voor het winnen van deze elementen zelf, zoo bij de fabrikage van soda, natriumsulfaat, natriumhydroxyde, zoutzuur; het vindt toepassing bij een aantal processen tot het winnen van zilver en koper uit hun ertsen en bij het maken van glazuren, bij de veeteelt als likzout, in de leerlooierij en als conserveermiddel voor hout, vleesch, groenten, enz.