Moabieten, een landstreek en een volk der Oudheid, op de hoogvlakte ten O. van de Doode Zee. Zij waren verwant aan de Israëlieten (voor de sage over de afstamming der M. zie LOT) en schijnen met dezelfde volksverhuizing, die de Israëlieten als onderdeel van de volkerengroep der Hebreën naar Kanaan voerde, naar hun latere woonplaats te zijn gekomen.
In dien oudsten tijd (begin 14e eeuw v. Chr.) stonden de M. nog op goeden voet met de Israëlieten; gemeenschappelijk streden zij tegen Sihon, den Amoriet, koning van Hesbon. Maar al spoedig werd de verhouding gespannen, zelfs vijandig: na Balak en Eglon is er bijna steeds oorlogstoestand ; een poos schijnt onder David (1 Sam. 22, 3 ; Ruth 1) de verhouding wat beter te zijn geweest; maar weldra (2 Sam. 8, 2) was de strijd weer hervat. De inscriptie van Mesa (850 v. Chr.) is een hoogst belangrijke gelijktijdige (contemporaine) oorkonde, vgl. ACHAB, 2 Kon.3 en Jez. 15 v. Later komt M.’s koning voor onder de vazallen van Tiglat-Pileser (734) en van Sanherib (701). In den na-exilischen tijd zijn de M. opgegaan in de Nabateërs.