Mahdi, (Mohammed Ahmed), beheerscher van den Oostelijken Soedan (Zuidelijk-Nubië, Darfoer en aangrenzend gebied), 1881—1885. Oorspronkelijk in Egyptischen staatsdienst, werd M. later slavenhandelaar en kwam in 1881 in openlijken opstand tegen de Egyptische regeering, terwijl hij den heiligen oorlog afkondigde en zich zelf voor den beloofden Mahdi uitgaf, waardoor hij aanstonds een aantal aanhangers won. Hij bevestigde zijn heerschappij door de verovering van el-Obeid en Kordofan, versloeg een Egyptisch leger onder Hicks Pasja en breidde zijn macht tot aan de Roode Zee uit, waar een Engelsch leger in 1884 door Osman Digma verslagen werd.
De zending van Gordon als generaal-gouverneur vermocht daarin geen verbetering te brengen, daar hij niet over de noodige troepen beschikte. Dientengevolge werd hij in Khartoem belegerd en viel hij bij de inneming der stad, daar het ter ontzet gezonden Engelsche leger onder Wolseley te laat kwam, 1885. Kort daarop stierf M. aan de pokken ; zijn rijk echter bleef bestaan onder zijn opvolger Abdallah b. Mohammed, 1885—1899, totdat de Engelschen onder Kitchener in 1898 Omdoerman innamen.