Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 10-01-2019

Lemsterland

betekenis & definitie

Lemsterland, - gem. in Friesl. langs de Zuiderzee tusschen Sloten en de Kuinder, groot 6602 H.A., meest laagveen, verder uitgegraven laagveenplassen, zooals de Groote Berkken, ’t Brandemeer of Kleine Slotermeer, ’t Zuidelijk deel van ’t Tjeukemeer, enz. De gem. telt 7000 inw., die van veeteelt, zuivelbereiding, veenderij en scheepvaart bestaan. Zij bevat het stadje Lemmer (de hoofdplaats), benevens 4 dorpen: Oosterzee, Echten, Follega en Eesterga.

Vroeger verstond men onder „Lemster-Vijfga” de 5 dorpen Lemmer, Lemsterhoek, Bendt of Bantega, Eesterga en Follega. De beide laatsten zijn tot buurten afgedaald, Bandt is door de zee verzwolgen en Lemsterhoek op bevel van den Utrechtschen bisschop Frederik v. Blankenheim 1413 te vuur en te zwaard vernield.