Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 24-01-2019

Gezegde

betekenis & definitie

Gezegde - (taalk.), benaming van een der hoofdbestanddeelen van een zin. Psychologisch beschouwd bestaat een zin uit ten minste twee bestanddeelen, het (psych.) onderwerp of subject en het (psych.) gezegde of praedicaat. Het eerste noemt de voorstelling, die het eerst in het bewustzijn van den spreker optreedt, het tweede de voorstelling, die met de eerste wordt geassocieerd. In grammaticalen zin is het onderwerp in den regel dat deel van den zin, dat blijkens persoons- en getalsvorm nauw met het vervoegde werkwoord in den zin verbonden is; onder het grammaticale g. verstaat men alles wat geen deel van het onderwerp uitmaakt.

Dit g. kan dan bestaan uit een persoonsvorm van het w.w. al of niet met bepalingen. In engeren zin noemt men g. ook wel den persoonsvorm van het w.w. alleen. In de spraakkunsten wordt dan wel van een werkwoordelijk g. gesproken, terwijl een naamwerkwoordelijk g. bestaat uit een persoonsvorm van de w.w. als zijn, schijnen, worden, blijken, heeten, enz. met een nomen; zie hierover PRAEDICAATSNOMEN. Soms ontbreekt echter de persoonsvorm van een w.w. en bestaat het g. alleen uit een nomen. In de volgende vbb. komende verschillende vormen van het g. uit: de trein (onderwerp) vertrekt (gez.); de sneeuw (o.) is wit (gez.); de oorlog (o.) verwoestte het land (g.); samen uit (o.) samen thuis (g.). Dat het psychologisch onderw. en gez. niet gebonden zijn aan een der hier gegeven grammaticale vormen, blijkt b.v. uit dezen zin: boven wonen menschen, beneden is het nog niet verhuurd. Hier zijn „boven” en „beneden” telkens psycholog. onderwerp, de rest psychol. gez., terwijl daarentegen de grammaticale onderwerpen zijn: „menschen” en „het” en de rest gezegde.