Fe (Fâs), een der beide hoofdsteden van Marokko, 100.000 a 140.000 inw., gelegen op het kruispunt van de karavaanwegen van Tanger naar het Z. en van Rabat naar Oran. Van Oran en van Rabat af worden spoorlijnen aangelegd in de richting van F. F. ligt 6 K.M. van de Seboe af aan de Wid Fâs. Het is een vuile, Oostersche stad met slechts één breede straat en een wirwar van nauwe stegen, waaraan de aan de buitenzijde vensterlooze, van binnenplaatsen voorziene, voor een groot deel vervallen huizen liggen. De stad is omgeven door een dubbelen muur, waarvan de van tinnen en torens voorziene buitenste ± 10 M. hoog is.
Een citadel (Kasba), beheerscht de stad. Van de meer dan honderd moskeeën zijn die van Moeley—Edrisen van Karoebin de beroemdste. De laatste is een der grootste van Afrika: een asylplaats voor vervolgden en verbonden aan een hoogeschool en een bibliotheek. De stad is omgeven door mooie en weelderige tuinen, met olijven en sinaasappels. — De bewoners zijn Berbers, Arabieren en Negers. De ± 10.000 Joden wonen in een afzonderlijke ’s nachts afgesloten wijk (de Milka). Er is een vrij belangrijke industrie (leerwerk, tapijten, geweren, stoffen, zijde, enz). De naar de stad genoemde hoofddeksels worden tegenwoordig voor het meerendeel in Livorno vervaardigd. De stad drijft aanzienlijken handel o. a. met Spanje, Portugal, Marseille en Timboektoe.
