Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 13-12-2018

Doortocht

betekenis & definitie

Doortocht - (oorlogsrecht). D. over en verblijf op neutraal gebied van alleen reizende militairen, behoorende tot oorlogvoerende partijen, kan naar omstandigheden toegelaten of geweigerd worden. Wanneer vreemde burgers met het klaarblijkelijk doel zich bij eenderstrijdende partijen te voegen, gedurig, op stelselmatige wijze en in zulk een aantal zich van het neutrale gebied bedienen, dat hierdoor het nemen van den weg over dit gebied nadeelig voor de andere partij blijkt te zijn, dan behoort de neutrale staat ook aan deze burgers den doortocht te ontzeggen (den Beer Poortugsel § 257). Aan gewapende militairen mag nimmer doortocht worden verleend.

Enkele militairen, mits ongewapend, mogen worden toegelaten. Aan officieren, met een diplomatieke zending belast, kan, ook gewapend, doorgang worden verleend. De neutrale staat zal in elk bijzonder geval te beslissen hebben, doch zorge stipt onpartijdig te blijven Over het algemeen zullen de bestaande wetten omtrent de toelating, weigering en uitzetting van kracht blijven, doch de neutrale staat zal met zijn eigenbelang te rade moeten gaan om, wanneer tusschen twee of meer staten een oorlog mocht uitbreken, bijzondere bepalingen omtrent den doortocht vast te stellen. De neutrale staat mag aan een oorlogspartij het doortrekken van zijn grondgebied met troepen of oorlogsmaterieel niet toestaan. Hij is verplicht zich tegen deze schending zijner neutraliteit, desnoods met de wapenen te verzetten (den Beer Poortugael § 259).

Onschuldige doortocht (passage inoffensif) is den oorlogvoerenden partijen met een onbepaald aantal schepen toegestaan. Daarentegen kan de staat beperkende bepalingen maken, wat de toelating betreft van vreemde oorlogsschepen in zijn zeeterritoor (Kon. Besl. van 2 Febr. 1893 Stbl. no. 46). Zie ook: F. Donker Curtius, Des navires de guerre belligérants dans les eaux neutres.