Dio cassius - (Coccejanus) van Nicaea (Bithynië), bekleedde 180—229 n. C. te Rome en in verschillende provincies hooge waardigheden. Van zijne Rom. geschiedenis in 80 boeken zijn het 36 — 60ste boek (65—10 v. C.) vrij volledig, de overige in fragmenten of uittreksels, zooals dat van den monnik Johannes Xiphilinus (11de eeuw), bewaard gebleven. Door zijn vlijtig gebruik van goede bronnen levert het werk belangrijke bijdragen voor de Rom. geschiedenis.
Voortreffelijke uitgave van Prof. U. Ph. Boissevain (Berlijn 1895—1901).