Oosthoek encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 15-11-2018

Codificatie

betekenis & definitie

Codificatie - het in wetboeken vereenigen van tot dusverre verspreide rechtsstof. Het nut daarvan werd reeds ten tijde van het Romeinsche recht* ingezien. Een algemeene drang naar C. ontstond in de tweede helft der achttiende eeuw. Zij werd gewenscht ter verkrijging van rechtseenheid en ter bevordering van rechtszekerheid.

Niet ieder echter erkende de wenschelijkheid. Vooral Friedrich Carl von Savigny (1779—1861), de leider der zgn. Historische school*, bestreed de codificatie met kracht in zijn Ueber den Beruf unserer Zeit für Rechtswissenschaft und Gesetzgebung (1814) en zulks naar aanleiding van een geschrift van Thibaut: Ueber die Nothwendigkeit eines allgemeinen bürgerlichen Rechts für Deutschland. Von Savigny betoogde, dat de wetgeving niet moest ingrijpen in de rechtsvorming, daar het recht niet gemaakt wordt, maar groeit. — Toch werd, behalve in Engeland, het beginsel der C. vrijwel overal aanvaard. Ook thans nog spreekt onze Grw. het uitdrukkelijk uit in art. 150: „Het burgerlijk en handelsrecht, het burgerlijk en militair strafrecht, de rechtspleging en de inrichting der Rechterlijke Macht worden bij de wet geregeld in algemeene wetboeken, behoudens de bevoegdheid der Wetgevende Macht om enkele onderwerpen in afzonderlijke wetten te regelen.”