Charta - Techn. term voor iedere M.Esche authentieke acte (ooikonde); de naam (ook chartuba, Fr. chartre; vgl. L. Caria, Ndl. kaart) is afgeleid van Gr. xdçzr,ç = papyrus (vgl. ons gebruik van „papieren” = documenten). In de oorkondenleer onderscheidt men de charta = acte, waarvan de opstelling zelf deel uitmaakt van de rechtshandeling, zoodat bijv. bij schenking de rechtshandeling eerst voltrokken kan zijn door de overgave van de schenkingsoorkonde (zgnd. dispositieve oorkonde) van de notitia= acte, die alleen bericht, over een reeds voltrokken rechtshandeling (zgnd. bewijs-oorkonde). Deze onderscheiding beheerscht de geheele oorkondenleer; zij werd ontleend aan het Romeinsche recht.
Sedert de Xlle eeuw krijgt Charte in de Fransche kanselarij de bijzondere beteekenis van „zeer plechtige oorkonde”; daar deze vorm meest gebruikt werd voor privileges, werden die woorden synoniem. Vandaar dat het „GrootPrivilege, door Jan zonder Land* 1215 aan zijn onderdanen gegeven, Magna Charta* heet. Op grond van diezelfde opvatting noemt Lodewijk XVIII de grondwet, die hij in 1814 aan zijn onderdanen octroyeert, Koninklijk privilege: Charte. Zoo werd Charta, Charte de naam voor grondwet en noemde een revolutionair streven naar algemeen kiesrecht in Engeland zich Chartisme*.