Brugge - hoofdstad der Belgische provincie WestVlaanderen, 54.000 inw., gelegen in een vruchtbare Heivlakte; als zeehaven ontstaan aan het nu dichtgeslibde Zwin, thans weer voor zeeschepen tot 6000 ton toegankelijk door een 11 KM. lang kanaal, dat B. met de Noordzee verbindt; aan den uitgang ervan is de vóórhaven Zee-Brugge ontstaan. Daarenboven heeft B. kanaalverbindingen met Ostende en Gent en ligt aan de hoofdspoorlijn Ostende—Brussel. Er is een Nederl. consulaat. Het is een stille stad, die na haar bloeitijd een kwijnend bestaan geleid heeft.
Wereldberoemd is zij door het interessante, middeleeuwsche voorkomen en den schat van prachtige, oude kunstproducten en architectonisch merkwaardige gebouwen, die zij uit haar bloeitijd heeft overgehouden. Hiertoe behooren talrijke kerken, zooals de Onze-Lieve-Vrouwe Kerk, de St. Salvatorkathedraal, de kapel van het H. Bloed, enz.; verder de beroemde in de 14e eeuw gebouwde hal met den 107 M. hoogen Beffroi, het Gotische Raadhuis, het Paleis der graven van Vlaanderen, nu Paleis van Justitie, met den beroemden, in renaissance-stijl uitgevoerden schoorsteenmantel, talrijke middeleeuwsche en renaissance woonhuizen, enz. Zeer veel toeristen bezoeken jaarlijks de stad. Er is eenige industrie, nl. kantklopperij en linnenweverij, ’t Is de zetel van een bisschop.
B. is een zeer oude stad. In de middeleeuwen was het een der belangrijkste handelssteden van Europa; vooral was het de stapelplaats van den Engelschen handel op het vasteland; eveneens was het een belangrijke industriestad; de Brugsche tapijten, voorloopers van de Gobelins, waren wereldberoemd. De voortdurende woelingen tijdens de regeering der graven uit het huis van Dampière en later de opstanden tegen Maximiliaan van Oostenrijk, die hier in 1488 gevangen genomen werd, de gebeurtenissen van den Tachtigjarigen oorlog en vooral het dichtslibben van het Zwin, waarvan de mond (Sluis) in Nederlandsche handen geraakte, deden den bloei der stad echter geheel te niet gaan. Tijdens den grooten oorlog werd het in Oct. 1914 door de Duitschers bezet.