Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

Gepubliceerd op 17-06-2020

polyfonie

betekenis & definitie

[→Gr. fone, geluid, stem], v.,

1. (muziek) wijze van compositie waarin de verschillende stemmen melodisch en ritmisch zelfstandig worden behandeld volgens de leer van het contrapunt (e);
2. meervoudige betekenis van hetzelfde teken in het spijkerschrift.

(e) Het tegengestelde van de polyfonie is de homofonie. De bloeitijd van de polyfone stijl valt in de 15e en 16e eeuw bij de Ned. of Bourgondische scholen, de tijd van de a cappella-koorstijl. In de 17e eeuw gaat zij over op de instrumentale muziek (orgel en ensemble). In deze ontwikkeling vormt het werk van J.S.→Bach het hoogtepunt. Bij de →polytonaliteit van de 20e-eeuwse muziek vindt de polyfonie nieuwe mogelijkheden. De meest gebruikte middelen en vormen zijn →imitatie, →canon en →fuga. LITT. G.Reese, Music in the renascence (1959).