o. (-en), crucifix, in het christendom de afbeelding van de aan het kruis genagelde Jezus. (e) Het aanbrengen van kruisen was reeds gewoonte in de eerste eeuw van het christendom; in de 5e eeuw begon men het beeld (corpus) van de Verlosser aan het kruis te bevestigen. Oorspronkelijk was het de triomferende Christus-Koning die werd voorgesteld, sinds de 13e eeuw (onder invloed van Franciscus van Assisi) de lijdende Christus.
Sinds de Hervorming hebben de Rooms-Katholieke en de Lutherse Kerk het kruisbeeld behouden.LITT: P.Thoby, Hist. du crucifix des origines au Concile de Trente (1959); R.Schneider Berrenberg, Cruzifix (1973).