naam, aan de muziekleer ontleend, voor de oneindig voortlopende reeks: l+1/2 +1/3+ 1/4 + ... De harmonische reeks is divergent, want 1/3+ 1/4>2.¼ = 1/2 . 1/5 +1/6+ 1/7 + 1/8 > 4.⅛ = 1/2, ...
zodat de som van de eerste 2n termen groter is dan \n voor ieder natuurlijk getal n. Zijn op een gespannen snaar de punten A en C harmonisch gescheiden van B en D (→harmonische groep) en geeft AD de grondtoon en BD de kwint, dan vormt CD de grote terts; deze drie tonen vormen samen het harmonisch grondakkoord.