Natuurdiëtisten Nederland

Marijke de Waal Malefijt (2020)

Gepubliceerd op 08-03-2020

Genezende suikers

betekenis & definitie

Suikers zijn grofweg in te delen in genezende suikers en potentieel schadelijke suikers.
Twee van de acht essentiële suikers zijn in overmaat aanwezig in de huidige voeding namelijk glucose en galactose.

Galactose is een melksuiker en komt voor in zuivelproducten en glucose zit (in overmaat) in geraffineerde suikers in tussendoortjes, snacks, vruchtensappen, brood, pasta en koekjes.

Glucose is een enkele glucosemolecuul. Kristalsuiker bestaat uit één glucosemolecuul en één fructosemolecuul. Zetmeel is een koolhydraat dat uit ketens van meer dan drieduizend glucosemoleculen bestaat. Zetmeel is voor 100% opgebouwd uit glucose. Glucose heeft geen waarde en levert geen energie, het verstoort de bloedsuikerspiegels, veroorzaakt vermoeidheid en overgewicht. Suiker is een verwarrend woord omdat het synoniem is geworden aan kristalsuiker.

Er zijn echter nog veel meer essentiële suikers, die we rekenen tot de genezende suikers. Essentiële suikers kunnen niet door het lichaam zelf worden gemaakt en moeten dus via de voeding aangevoerd worden. Er zijn nog tientallen suikers die het lichaam wel kan maken. Deze tientallen suikers zijn niet essentieel.

Fruit en groenten bevatten essentiële suikers (glyconutriënten). Ze worden in fruit gevormd in de laatste dagen van rijping door de zon. Fruit dat veel te vroeg (onrijp) wordt geplukt om verscheept te worden, bevat niet de 8 essentiële suikers die nodig zijn voor een goede weerstand.

Ontdekt werd dat 8 individuele suikers door het menselijk lichaam worden gebruikt voor de synthese van glycoconjugaten, moleculen die noodzakelijk zijn voor de gezondheid van veel lichaamsfuncties en systemen. Deze zienswijze heeft geleid tot een nieuwe wetenschap, de zogenaamde glycobiologie.

Alleen planten kunnen zonne-energie gebruiken om de koolhydraten te maken die het lichaam nodig heeft. Planten in het dieet zijn de belangrijkste voedingsbron van essentiële koolhydraten (suikers). In de voeding moet men attent zijn op voldoende aanvoer van deze essentiële suikers. Moedermelk bevat 5 van de 8 essentiële suikers.

De essentiële suikers zijn met hun suikercodes het ‘alfabet’ van de cellulaire communicatie. Ze vormen de ‘antennes’ die op de celwanden zitten. Als alle antennes goed werken, vindt er optimale informatie overdracht plaats tussen cellen en ‘praten’ cellen beter met elkaar. Als gevolg daarvan kunnen allerlei functies beter worden uitgevoerd.

Welke voedingsmiddelen beschikken van nature over essentiële suikers?
Cellulose. Bronnen: rauwe groenten; gunstig voor darmbacteriën. Gestoomde en gekookte en gekiemde groenten worden beter verteerd.

Arabinogalactaan. Bronnen: kokosmeel, wortel, zwarte bonen, peer, tomaat, kokosnoot, curcuma, salie, lariks. Arabinogalactaan werkt immuniteitverhogend en kan slijmvliesontstekingen t.g.v. allergische reacties afremmen.

Mannose. Bronnen: peulvruchten, linzen, aloë verasap, kool, broccoli, tomaten, paddenstoelen, shiitake, bessen, perziken, appels, sinaasappels. Mannose is weerstandverhogend, heeft een gunstige invloed op de samenstelling en werking van de darmflora, een ontstekingsverlagende werking (bij o.a. reumatoïde artritis) en een antihistamine-werking.

N-Acetyl Galactosamine (NAG). Bronnen: runderproducten, bepaalde soort roodwieren, shiitakepaddenstoelen en Agar. NAG is een goede voedingsbodem voor de darmflora. NAG ondersteunt de cel tot cel communicatie.

Galactose. Bronnen: bonen (vooral de black-eye), sperciebonen, snijbonen, tomaat, (hazel)noten (vers), fenegriekzaadjes, zwarte bessen, zuivel, borstvoeding. Plantaardige stoffen die veel galactose bevatten verhinderen de binding van parasieten. Galactose is ook belangrijk bij wondgenezing, verhoogt de calciumopname en bevordert opname van mineralen en vitamines. Daarnaast versterkt het de darmflora, is het weerstandsverhogend, ontstekingsremmend en bevordert het de cellulaire communicatie.

Inuline. Bronnen: artisjok, asperge, prei, ui, arrowroot, zoete aardappel, knoflook, aardpeer en cichoreiwortel. Het geeft echter vaak gasvorming als ‘bijwerking’.

Pectines. Bron: geraspte appel (biologische met schil)

N-acetylneuraminezuur. Bronnen: moedermelk, kippeneieren, wei-eiwitisolaat en rauwe melk. Het verhoogt de weerstand tegen ongunstige bacteriën en schimmels. Het speelt een rol bij het tegenhouden van bacteriën, virussen en andere ziekteverwekkers. De hoeveelheid N-acetylneuraminezuur neemt af met het ouder worden.

Fucose. Bronnen: moedermelk, kelp, zeewier, Japanse bruine algen, champignons, medicinale paddestoelen en zaden. Heeft een ontstekingsremmende invloed bij darminfecties en luchtweginfecties. Vermindert allergische reacties en herstelt de communicatie tussen cellen.

Xylose. Bronnen: kelp, bessen (zwarte bessen, loganbes, framboos), peer, aloë vera, okra, berken sap, zaden, guave, gerst, rogge, echinacea, boswellia, psyllium, broccoli, spinazie, eierplant, erwten, aubergine, sperziebonen, groene boon, kool en maïs. Xylose heeft natuurlijke antischimmel en antibacteriële eigenschappen. Het wordt toegevoegd als zoetstof aan kauwgom en remt de vorming van bacteriën in de mond. Xylose bevordert de groei van een gezonde darmflora en bevordert de cel tot cel communicatie. Onderzoek heeft aangetoond dat xylose kan bijdragen aan het voorkomen van kanker in het spijsverteringsstelsel.

Essentiële suikers spelen ook een grote rol bij onder andere eetstoornissen, chronische vermoeidheid, de hormoonhuishouding en bij gezonde hechtplaatsen in de darm voor de miljarden darmvriendelijke bacteriën.