kotsen - regelmatig werkwoord
uitspraak: kot-sen
1. wat in je maag zit weer naar buiten laten komen
♢ ze zóveel gegeten dat ze moest kotsen
Regelmatig werkwoord: kot-sen
ik kots
jij/u kotst
hij/zij kotst
wij/zij/jullie kotsen
ik/jij/u/hij/zij kotste
wij/zij/jullie kotsten
hij heeft gekotst
kotsend, kotsende
Synoniemen
braken, overgeven, spugen
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk