Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

Gepubliceerd op 14-11-2017

korzelig

betekenis & definitie

korzelig - bijvoeglijk naamwoord
uitspraak: kor-ze-lig

1. in een slecht humeur
♢ korzelig noemde zij haar naam

Bijvoeglijk naamwoord: kor-ze-lig
... is korzeliger dan ...
het korzeligst
de/het korzelige ...
iets korzeligs

Synoniemen
chagrijnig, gemelijk, geprikkeld, geïrriteerd, humeurig

Tegenstellingen
blij, blijmoedig, opgeruimd, opgewekt, verheugd, vrolijk

< >