front - zelfstandig naamwoord
1. voorkant, voorste gedeelte
♢ deze radio heeft een lelijk front
2. voorste gebied waarin gevochten wordt
♢ de meeste doden vallen aan het front
1. front maken tegen iets
[je ertegen verzetten]
2. op alle fronten winnen
[in alle opzichten]
3. een koufront
[lucht die zorgt voor koud weer]
Zelfstandig naamwoord: front
het front
de fronten
het frontje
Synoniemen
slagveld
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk