drinken - onregelmatig werkwoord
uitspraak: drin-ken
1. vloeistof in je mond laten lopen en doorslikken
♢ we drinken een glas melk
2. regelmatig sterke drank gebruiken
♢ als er problemen zijn, gaat hij drinken
Onregelmatig werkwoord: drin-ken
ik drink
jij/u drinkt
hij/zij drinkt
wij/zij/jullie drinken
ik/jij/u/hij/zij dronk
wij/zij/jullie dronken
hij heeft gedronken
drinkend, drinkende
Gepubliceerd op 14-11-2017
drinken
betekenis & definitie