Lexicon van de Psychologie

N. Sillamy (1965)

Gepubliceerd op 22-02-2023

KLINISCHE PSYCHOLOGIE

betekenis & definitie

(Grieks: klinè = bed), bestudeert de in psychisch opzicht gestoorde of → onaangepaste mens. Ze is wezenlijk een psychologie ‘in de tweede persoon’, in tegenstelling tot de → introspectieve methode of de ‘ik-gerichte’ psychologie en het → behaviorisme of de psychologie ‘in de derde persoon’.

Ze tracht zowel te bepalen wat er in iemand strikt persoonlijk is als wat hem tot een bepaald type doet behoren. Daarbij benadert ze de persoon als een concreet menselijk wezen dat met een bepaalde situatie te maken heeft. Ze tracht de betekenis van diens gedragingen te begrijpen, ze analyseert de conflicten die iemand heeft en onderzoekt hoe hij deze probeert op te lossen. De klinische psychologie maakt gebruik van informatie die een onderzoek van de maatschappelijke omstandigheden geeft (verhalen van mensen uit de omgeving), van experimentele technieken (intelligentie-, karaktertests), van gedragsobservatie, van gesprekken met de patiënt, van gegevens die via → biotypologie en de → psychoanalyse verkregen zijn. Vervolgens tracht ze uit alle beschikbare gegevens een samenhangend totaalbeeld van het gedrag van de onderzochte samen te stellen om de motivaties achter, en de betekenis van dit gedrag te ontdekken. Via een grondige studie der verschillende gevallen hoopt de klinische psychologie te komen tot wetenschappelijk verantwoorde generalisering. → Interview, Methode, Pathologische psychologie, Wechsler.